Verreweg de meesten van ons zijn van goede wil.
De stille meerderheid. We hebben het beste met ons land voor. We werken hard,
helpen elkaar en vinden Nederland best een gaaf land. Maar we maken ons wel
grote zorgen over hoe we met elkaar omgaan. Soms lijkt het wel alsof niemand
meer normaal doet.
U herkent het vast wel. Mensen die zich steeds
asocialer lijken te gedragen. In het verkeer, in het openbaar vervoer en op
straat. Die van mening zijn dat ze altijd maar voorrang hebben. Die afval op
straat dumpen. Die conducteurs bespugen. Of die in groepjes rondhangen en
mensen treiteren, bedreigen of zelfs mishandelen. Niet normaal.
We voelen een groeiend ongemak wanneer mensen
onze vrijheid misbruiken om hier de boel te verstieren, terwijl ze juist naar
ons land zijn gekomen voor die vrijheid. Mensen die zich niet willen aanpassen,
afgeven op onze gewoontes en onze waarden afwijzen. Die homo’s lastigvallen,
vrouwen in korte rokjes uitjouwen of gewone Nederlanders uitmaken voor
racisten. Ik begrijp heel goed dat mensen denken: als je ons land zo
fundamenteel afwijst, heb ik liever dat je weggaat. Dat gevoel heb ik namelijk
ook. Doe normaal of ga weg.
Dit gedrag mogen we nooit normaal vinden in ons
land. De oplossing is niet om dan maar groepen mensen over één kam te scheren,
uit te schelden of hele groepen simpelweg het land uit te zetten. Zo bouwen we
toch geen samenleving met elkaar? De oplossing is vooral een
mentaliteitskwestie. We zullen glashelder moeten blijven maken wat normaal is
en wat niet normaal is in dit land. We zullen onze waarden actief moeten
verdedigen.
In Nederland is het namelijk normaal dat je
elkaar de hand schudt en gelijk behandelt. Het is normaal dat je van
hulpverleners afblijft. Dat je leraren respecteert en mensen niet sart met
vlogjes. Het is normaal dat je werkt voor je geld en het beste uit je leven
probeert te halen. Elkaar helpt als het even moeilijk gaat en een arm om iemand
heen slaat in zware tijden. Het is normaal dat je je inzet en niet wegloopt
voor problemen. Dat je fatsoenlijk naar elkaar luistert. In plaats van elkaar
te overschreeuwen als je het ergens niet mee eens bent.
De komende tijd is bepalend voor de koers van
ons land. Er ligt slechts één vraag voor: wat voor land willen we zijn?
Laten we ervoor strijden dat we ons thuis
blijven voelen in ons mooie land. Laten we duidelijk blijven maken wat hier
normaal is en wat niet. Ik weet zeker dat we dit voor elkaar gaan krijgen. Dat
we alles wat we met elkaar bereikt hebben samen overeind houden. U, ik, wij
allemaal. Laten we samenwerken om dit land nóg beter te maken. Want echt, we
zijn een ontzettend gaaf land. Ik zou nergens anders willen wonen. U wel?
Groet,
Mark Rutte